Nederland kent veel soorten verlof met allemaal hun eigen wet- en regelgeving. Om meer duidelijkheid en inzicht te krijgen, lees je op deze pagina alles over vakantiedagen, zorg-, zwangerschaps-, geboorte- en ouderschapsverlof.
Je medewerkers moeten voldoende de gelegenheid krijgen om ertussenuit te gaan. Door even los te komen van hun werk, kunnen zij hun batterij weer opladen. In Nederland hebben we twee soorten vakantiedagen: de wettelijke en bovenwettelijke. En hoe zit het met vakantie en ziekte?
Als een naaste ernstig ziek is en veel verzorging nodig heeft, is het fijn voor een medewerker als hij afstand kan nemen van zijn werk. De Wet arbeid en zorg (WAZO) biedt hiervoor een mogelijkheid in de vorm van zorgverlof. De WAZO kent verschillende vormen van verlof.
Werkende ouders hebben allebei recht op ouderschapsverlof. Je kunt tijdelijk minder gaan werken om meer tijd te besteden aan je kind tot 8 jaar. Het ouderschapsverlof is een van de middelen voor mensen met kinderen om een betere balans tussen werk en privé mogelijk te maken. Medewerkers die er gebruik van maken, nemen voor een gedeelte van hun arbeidsduur het verlof op.
Medewerkers hebben recht op maximaal één werkweek betaald geboorteverlof. Per 1 juli 2020 komt hier bovenop nog het recht op vijf werkweken aanvullend geboorteverlof. Het geboorteverlof is bedoeld voor de echtgeno(o)t(e) of de geregistreerd partner van de moeder, degene die ongehuwd met haar samenwoont of degene die het kind heeft erkend.
Een zwangere medewerkster heeft recht op zes weken zwangerschapsverlof en minimaal tien weken bevallingsverlof. Uiterlijk vier weken voor de dag van de uitgerekende datum gaat het verlof in. Het bevallingsverlof gaat in op de dag na de bevalling. Het totale verlof is altijd 16 weken. Wordt het kindje na de uitgerekende datum geboren, dan duurt het verlof langer dan 16 weken. Indien het kindje te vroeg geboren wordt, tel je de resterende dagen van het zwangerschapsverlof op bij het bevallingsverlof.