HR wet- en regelgeving

Maatregelen voor aanpak koopkrachtverlies

Geschreven door Ingeborg Brandsma | Sep 3, 2024 8:29:38 AM

Een grotere groep Nederlanders zal volgend jaar in armoede moeten leven door koopkrachtverlies, blijkt uit cijfers van het Centraal Planbureau. Op Prinsjesdag presenteerde het demissionaire kabinet in de Miljoenennota 2024 dan ook een pakket van maatregelen om het koopkrachtverlies aan te pakken. Dit pakket bestaat onder meer uit een verhoging van het minimumloon en de verschillende heffingskortingen. Wel betalen werknemers, als het aan het kabinet ligt, volgend jaar een iets hoger percentage aan loonbelasting/premie volksverzekeringen. Benieuwd naar alle cijfers?

In deze whitepaper zetten we alle (verwachte) nieuwe tarieven en schijven in de loon- en inkomstenbelasting, de heffingskortingen en de premiepercentages voor de sociale verzekeringen op een rij. De tweede whitepaper gaat over meer voorgestelde wijzigingen, zoals de verhoging van het minimum(uur)loon, de aanpassing van de reiskostenvergoeding en de beperking van de vrije ruimte binnen de werkkostenregeling (WKR). In de derde whitepaper komen andere relevante wijzigingen per 2024 aan bod, zoals de wijzigingen in de loonkostenvoordelen (LKV) en het lage-inkomensvoordeel (LIV) en jeugd-LIV. 

Inleiding

In de belasting- en premieheffing zijn er geen spectaculaire wijzigingen voor 2024. Wel blijkt uit het Belastingplan 2024 dat werknemers volgend kalenderjaar een iets hoger percentage aan loonbelasting/ premie volksverzekeringen gaan betalen. Tegelijkertijd stijgen bijna alle heffingskortingen per 2024. De hoge en lage premie voor het Algemeen werkloosheidsfonds (Awf) blijven beide gelijk. Maar zowel de werkgeversheffing als de werknemersheffing Zorgverzekeringswet (ZVW) gaan omlaag. 

[!] Let op: het Belastingplan 2024 moet op het moment van schrijven nog door de Tweede en Eerste Kamer worden goedgekeurd. 

Nieuwe tarieven loonbelasting/ premie volksverzekeringen 

Per 2024 ga je iets meer loonbelasting/ premie volksverzekeringen inhouden op het loon van de werknemers. Dit is te lezen in het Belastingplan 2024.

Tarief eerste schijf loonbelasting omlaag 

In het Belastingplan 2024 staan de nieuwe tarieven voor de loonbelasting/premie volksverzekeringen. De loonheffingen zijn een voorheffing op de inkomstenbelasting. Hiervoor gelden dus dezelfde percentages en schijflengtes. Het laagste tarief stijgt per 1 januari 2024 van 36,93% naar 36,97%. Het bedrag waarover dit laagste tarief verschuldigd is, neemt toe van € 73.031 naar € 75.624. Over het inkomen boven deze grens blijft 49,50% loonbelasting verschuldigd.  

Verschil tussen tarieven 

In 2024 loopt de eerste schijf voor werknemers die nog niet de AOW-leeftijd hebben bereikt tot en met een inkomen van € 38.139. De tweede schijf loopt vanaf een inkomen van € 38.140 tot en met € 75.624. Het tarief van schijf 1 en 2 is hetzelfde, maar het is niet over het hele bedrag hetzelfde opgebouwd. De 36,97% van de tweede schijf bestaat volledig uit loonbelasting, terwijl dit tarief voor de eerste schijf is opgebouwd uit 9,32% loonbelasting en voor de rest premie volksverzekeringen. 

[!] Let op: het onderscheid tussen de schijven is voor werknemers die alleen loonbelasting of inkomstenbelasting verschuldigd zijn, of juist alleen verzekerd zijn voor de volksverzekeringen, nog steeds van belang.

Hieronder staan de verwachte tarieven loonbelasting/premie volksverzekeringen voor 2024.

 

Tot AOW-leeftijd

AOW’er van na 1945

AOW’er van vóór 1946

 

2023

2024

2023

2024

2023

2024

Tarief eerste schijf

36,93%

36,97%

19,03%

19,07%

19,03%

19,07%

waarvan loonbelasting

  9,28%

  9,32%

  9,28%

  9,32%

  9,28%

  9,28%

waarvan premie volksverzekeringen

27,65%

27,65%

  9,75%

  9,75%

  9,75%

  9,75%

Lengte eerste schijf

€ 37.149

€ 38.139

€ 37.149

€ 38.139

€ 38.703

€ 40.077

Tarief tweede schijf

36,93%

36,97%

36,93%

36,97%

36,93%

36,97%

waarvan loonbelasting

36,93%

36,97%

36,93%

36,97%

36,93%

36,97%

Lengte tweede schijf

€ 35.882 

€ 37.485

€ 35.882 

€ 37.485

€ 34.328

€ 35.547

Tarief derde schijf

49,50%

49,50%

49,50%

49,50%

49,50%

49,50%

waarvan loonbelasting

49,50%

49,50%

49,50%

49,50%

49,50%

49,50%

Lengte derde schijf

restant

restant

restant

restant

restant

restant


Arbeidskorting stijgt weer 

In het Belastingplan 2024 is ook te lezen dat de arbeidskorting in 2024 weer gaat stijgen, en wel naar € 5.553. Zo wordt werken meer lonend en de belastingdruk op arbeid verlaagd. Ook bijna alle andere heffingskortingen gaan per 2024 omhoog. 

Heffingskortingen

Iedere werknemer die in loondienst werkt, heeft bij één werkgever recht op toepassing van de loonheffingskorting: de verzamelnaam voor alle kortingen op de loonbelasting/premie volksverzekeringen. Hieronder vallen:

  • de algemene heffingskorting;
  • de arbeidskorting;
  • de ouderenkorting;
  • de alleenstaande-ouderenkorting;
  • de jonggehandicaptenkorting.

Voor 2023 en 2024 zijn de bedragen en percentages van de heffingskortingen (voor 2024 onder voorbehoud) als volgt.

 

2023

2024

Maximale algemene heffingskorting onder AOW-leeftijd 

€ 3.070

€ 3.374

Maximale algemene heffingskorting vanaf AOW-leeftijd 

€ 1.583

€ 1.741

Afbouwpercentage algemene heffingskorting onder AOW

6,095%

6,652%

Afbouwpercentage algemene heffingskorting vanaf AOW

3,141%

3,431%

Maximale arbeidskorting 

€ 5.052

€ 5.553

Maximaal afbouwpercentage arbeidskorting 

6,51%

6,51%

Maximale inkomensafhankelijke combinatiekorting 

€ 2.694 

€ 2.961 

Jonggehandicaptenkorting 

€    820 

€    902

Maximale ouderenkorting 

€ 1.835 

€ 2.017 

Alleenstaande-ouderenkorting 

€    478 

€    526 

 

Wijzigingen in de sociale premies

In de Rijksbegroting van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid staan ook enkele wijzigingen voor de premies volksverzekeringen en premies werknemersverzekeringen waarmee je per 2024 rekening moet houden. 

Kleine wijzigingen 

Het premiepercentage voor de Algemene Ouderdomswet (AOW) blijft 17,90%. Voor de Algemene Nabestaandenwet (ANW) geldt in 2024 nog steeds het premiepercentage van 0,10%. Ook de premies voor het Algemeen werkloosheidsfonds (Awf) veranderen niet. De premie voor de Werkhervattingskas (Whk) daalt van 1,53% naar 1,22%. Ook de premies voor het Algemeen werkloosheidsfonds (Awf) dalen. De premie voor het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Aof) voor kleine en grote organisaties gaat wel omhoog.

Hieronder zie je de voorlopige sociale premies voor 2024.

Premiepercentages voor de sociale verzekeringen

Premie

2023

2024

Ouderdomsfonds (AOW)

17,90%

17,90%

Nabestaandenfonds (ANW)

0,10%

0,10%

Wet langdurige zorg (WLZ)

9,65%

9,65%

Algemeen werkloosheidsfonds (Awf):

   

  - Awf-laag

2,64%

2,64%

  - Awf-hoog

7,64%

7,64%

Uitvoeringsfonds voor de overheid (Ufo)

0,68%

0,68%

Arbeidsongeschiktheidsfonds (Aof):

   

- Aof-kleine werkgevers

5,82%

6,18%

- Aof-grote werkgevers

7,11%

7,49%

Uniforme opslag kinderopvang

0,50%

0,50%

Werkhervattingskas (Whk) (rekenpremie)

1,53%

1,22%


Beperking van koopkracht door reiskosten 

Het pakket van maatregelen van het demissionaire kabinet is gericht op de lage inkomens. Maar volgens vakbond CNV gaan vrijwel alle werkenden er juist op achteruit in 2024. Zij profiteren niet of minder van hogere toeslagen en het kindgebonden budget, terwijl de reiskosten toenemen door een hogere brandstofprijs en duurdere treinkaartjes. CNV vindt dan ook dat het kabinet meer moet doen om werken meer lonend te maken, wat overigens ook wel gebeurt via de verhoging van de arbeidskorting. Daarnaast kunnen werkgevers volgend jaar een iets hogere onbelaste reiskostenvergoeding toekennen. Je leest hier meer over in de tweede whitepaper in deze serie.

Daling van werkgeversheffing ZVW

De Zorgverzekeringswet (ZVW) valt in 2024 goedkoper uit voor werkgevers. De werkgeversheffing ZVW daalt met 0,11%-punt. Ook de verwachte werknemersbijdrage ZVW voor 2024 is inmiddels bekendgemaakt.

Werkgeversheffing

Werkgevers betalen meestal de werkgeversheffing ZVW over het loon van de werknemers. Per 2024 daalt deze werkgeversheffing van 6,68% naar 6,57% van het bijdrageloon. Hiervoor geldt wel een maximum, het zogenoemde maximumbijdrageloon: boven dit bedrag hoef je geen heffing te betalen. Uit de Macro Economische Verkenning 2024 blijkt dat het maximumbijdrageloon voor de ZVW per 2024 omhoog gaat van € 66.952 naar € 71.624.

Werknemersbijdrage 

Je hoeft voor sommige werknemers geen werkgeversheffing te betalen. Dit geldt voor ex-werknemers, pseudo-werknemers en directeuren-grootaandeelhouders die niet verplicht verzekerd zijn voor de werknemersverzekeringen. De werknemer draait in dat geval zelf op voor de inkomensafhankelijke bijdrage ZVW. Deze werknemersbijdrage daalt per 2024 van  5,43% naar 5,32% van het bijdrageloon. Net als voor de werkgeversheffing geldt ook voor de werknemersbijdrage het maximumbijdrageloon. De grondslag voor de inkomensafhankelijke bijdrage ZVW wordt gevormd door het bijdrage-inkomen van de werknemer. Dat is het loon voor de Zorgverzekeringswet uit kolom 12 van de loonstaat.

[!] Let op: je berekent de inkomensafhankelijke bijdrage ZVW per loontijdvak via de methode van het voortschrijdend cumulatief rekenen (VCR), net als bij de premies voor de werknemersverzekeringen. 

Conclusie 

Op Prinsjesdag kwamen er voor de loonheffingen weinig onverwachte voorstellen uit het koffertje. In de belasting- en premieheffing zijn er geen spectaculaire wijzigingen voor 2024. Werknemers betalen volgend kalenderjaar een iets hoger percentage aan loonbelasting/premie volksverzekeringen. Tegelijkertijd stijgen bijna alle heffingskortingen. De arbeidskorting wordt maximaal € 5.553. De hoge en lage premie voor het Algemeen werkloosheidsfonds (Awf) blijft gelijk. Ook gaat de werkgeversheffing Zorgverzekeringswet (ZVW) omlaag. Voor de begroting geldt de informele regel dat het demissionaire kabinet niet al te veel nieuw beleid met financiële gevolgen voorstelt. Maar uiteindelijk is het aan de Tweede en de Eerste Kamer om akkoord te gaan met de begroting.